
IK BEN GELIEFD, IK BEN VRIJ, IK GENIET.
Ze kwam uit een heel normaal gezin. Een vader, een moeder, twee jongere zussen en zijzelf. Zij was dus de oudste dochter en zoals zoveel oudste kinderen had zij een groot verantwoordelijkheidsgevoel, was zorgzaam, regelde altijd alles voor iedereen. Bovendien was ze een goede dochter voor haar ouders: ze maakte dezelfde keuzes, sprak dezelfde taal, beleefde hetzelfde geloof. Ze dacht dat ze die keuzes zelf had gemaakt.
Nu was ze al jaren getrouwd, twee kinderen, een baan. Niets bijzonders. Ze werkte hard, regelde alles voor haar gezin, had de controle en het overzicht. Alles ging goed…
Toch liep het mis. Ze had geen energie meer, soms kon ze haar bed niet meer uit. Ze at niet, ze dronk niet: langzaam verdween ze in een zwart gat. Maar op andere momenten was ze juist weer buitengewoon blij, sprong en zong, wilde iedereen toegillen dat Jezus van haar hield en haar zo ontzettend bijzonder vond. Uiteindelijk werd ze opgenomen in het ziekenhuis.
De periode voor ze volledig instortte had ik haar aan de telefoon, meerdere keren per dag. Ik hoorde hoe ze heen en weer zwiepte van depressie naar manie. Van wanhoop omdat ze zo’n zondaar was tot euforie dat ze was gered en God haar vergeven had. Er was een aantal maanden daarvoor een proces in gang gezet door gebeurtenissen in haar gemeente die haar diep raakten. Ze ontdekte dat ze altijd had geleefd vanuit wetten en regels, vanuit het goed willen doen om goedkeuring te ontvangen, om geaccepteerd te worden. Met het hoofd wel zeggen dat je door genade behouden bent, maar in je hart ervaren dat je het moet verdienen. Ze had nooit kunnen accepteren dat mensen op een totaal andere manier hun geloof ervaarden. Dat mensen zich totaal vrij voelden en daar naar handelden. Zij voelde zich gevangen in een systeem en veroordeeld.
Ze begon in te zien dat ze anderen genadeloos veroordeeld had. Dat ze onder een juk zat dat niet van God was, omdat het juk van Jezus zacht is en licht. Maar wie had het juk er dan gelegd? Haar omgeving? Zijzelf? De boze? Ze wist het niet, ze kon niet meer, haar lichaam was op. Waar was het mis gegaan? Hoe kon het dat ze zo diep ging, dat ze zowel fysiek, mentaal als geestelijk zo in extremen viel? Was het omdat ze altijd zo intens leefde? Omdat ze in de overgang kwam en altijd op hormoonwisselingen zo heftig reageerde? Was het een geestelijke zaak en speelde de boze een gemene rol? Waarschijnlijk kwamen veel van deze dingen bij elkaar en zorgde dit tot deze aardbeving en destructie.
We zijn een aantal jaren verder. Langzaam aan, stapje voor stapje, komt ze vooruit. Ze krijgt meer energie, iedere keer zie ik haar verder opknappen. Het leven komt terug in haar ogen.
Mijn oudste zus… ik ben zo trots op haar dat ze zich zo door deze periode heen heeft geslagen!
Ik heb het kwartje zien vallen toen ze zich realiseerde dat God zo ongelofelijk veel van haar houdt, ondanks alles, zonder terughoudendheid. Ik heb gezien hoe ze zich Vrijheid heeft eigen gemaakt. Vrijheid in denken, in handelen, in leven. En ik heb gezien hoe ze weer ging genieten van de mooie dingen die God in haar leven geeft. Een proces waar ik soms niets van snapte. Ik zit als jongste zo anders in elkaar! Het is met dit proces niet anders als met alle moeilijke dingen in het leven: het heeft haar iets gebracht wat ze daarvoor nooit met zoveel intensiteit kon zeggen:
‘Ik ben geliefd, ik ben vrij, ik geniet!’
Tekst: Mira de Boer. Meer informatie over Mira? Kijk dan hier.
Beeld: Marilynn Veldhuisen.

