
LICHT IN GEBROKENHEID
Inwendig tel ik tot tien. Ik bid in mezelf. Op dit moment weet ik even niet waar ik het moet zoeken, helemaal omdat ik mezelf zo tegen kan vallen. Werken met mensen betekent mensenwerk. Onvolmaakt, vol gebrokenheid. Een glimlach en een grap, een schop en een sorry; geen dag is hetzelfde. God leert me elke dag dat ik door Zijn ogen moet kijken naar de cliënten waarvoor ik mag zorgen. Elke dag een nieuwe poging.
‘Toen zei Petrus, vervuld met de Heilige Geest, tegen hen: Leiders van het volk en oudsten van Israël!’
Handelingen 4 vers 8
Johannes en Petrus staan voor het Sanhedrin. Voor dezelfde mannen die hun Meester hebben veroordeeld. Ze hebben een zieke man genezen en daarna werden er vijfduizend mensen bekeerd. De mannen stellen hen de vraag: ‘ Door welke kracht of door welke naam hebt u dit gedaan?’ Petrus staat in vuur en vlam, vervuld met de Heilige Geest. Hij getuigt van Jezus, die veracht werd onder deze mannen die hem nu ondervragen. Jezus, waarbuiten geen zaligheid is! De belangrijke mannen aan wie het oordeel is, kunnen er niets tegenin brengen. Ze laten Johannes en Petrus vrij, ter wille van het volk.
Wat een les zit er in deze geschiedenis verscholen! Het dwingt me na te denken over mijn drijfveren. Telkens moet ik weer terug naar de Bron; Zijn Woord. Dat is het fundament, de Hoeksteen. Laten we streven naar pure naastenliefde, juist wanneer de ander het tegendeel bewijst. Innig liefhebben omdat Hij degene was die ons eerst liefhad.
Dit schrijfsel is ontstaan naar aanleiding van de preek die ds. J. Van Laar over Handelingen 4 hield op 28-08-2019 in Nieuwe Ter Aar.
Beeld Mirjam van Rijswijk // Tekst Hanna Kater

