
HERKERKEN
Als we gaan kijken naar een kerkdienst, zitten we volgens Peter Wierenga in de ‘Netflixsfeer’. We oordelen in plaats van dat we deelnemen. Waar relatie en verbondenheid eerst een belangrijke factor was in de kerkdienst, verschuift dat nu naar kwaliteit en emotie. Deze tijd vraagt om herkerken. En dat is precies waar het boek van Peter Wierenga en Remmelt Meijer over gaat.
Samen met Remmelt Meijer schreef je ‘Herkerken’. Hoe is het boek ontstaan?
‘Er zijn twee grote aanleidingen voor. Enerzijds wilden we de missionaire kerkrede van Tim Vreugdenhil uitbreiden. In deze trendrede is het effect van trends in de maatschappij op de kerk in beeld gebracht. In de periode van corona werden veel van deze trends uitvergroot. In de kerken zijn patronen die al jaren spelen. Mensen kijken bijvoorbeeld al jaren naar Hour of Power op zondagochtend. Nu moet iedereen ineens ergens online gaan kijken. Ineens wordt de psychologie van de kerken een thema in plaats van de psychologie van de participant.’
De titel Herkerken klinkt activerend. Waarom hebben jullie voor deze titel gekozen?
‘Ik ben heel lang op zoek geweest naar een titel, want kerk-zijn is een toestand. Het is tegelijk iets wat je samen doet. Ik was op zoek naar iets wat goed is en zowel anders mag. Iets heeft een vorm, maar mag ook hervorming krijgen. Zo krijg je soms een kans, maar ook weleens een herkansing. Herkerken heeft iets te maken met de manieren waarop kerk-zijn mag. Herkerken geeft weer dat je iets weer doet, soms dat je het ook weer anders doet. Op een manier die herrijking geeft.’
Kerken slinken, zo beweren de cijfers. Is hierin nog verschil te zien tussen verschillende richtingen?
‘Kerken zijn trots dat ze hun diensten streamen, maar vergeleken met Netflix is dat heel saai..’
Is de kerk dan iets wat flitsend moet zijn?
‘Al jaren is er een trend dat kerkgang relevant moet zijn, kwaliteit moet hebben en dat de emotie geraakt moet worden. Het liefst nog op een plaats waar ruimte is voor verbinding met anderen. Netflix bijvoorbeeld is geen 4D, maar heeft wel kwaliteit en raakt de emotie. Als je gaat kijken naar een kerkdienst, gaat de participatie en relatie er vanaf. Dan zit je in de ‘Netflixsfeer’: is het de video die ik wil zien? Heeft het goede kwaliteit? Van deelnemer ga je naar kijker en beoordelaar door de trend van online kerkdiensten.’
Wordt er in de breedte van de kerken nog onderscheid gemaakt in deze trend?
‘Een belangrijke vraag die je moet stellen is: hoe erg voel je je verbonden aan een gemeenschap? Als dat op al spanning stond, heeft corona dat uitvergroot. Waar kerkverbanden eerder niet in zee gingen met een medium als YouTube, gebeurt dat nu wel. Principes worden vloeibaar. Ook binnen kerkverbanden zie je verschillende visies op dit punt. Dat is een van de redenen waarom we dit boek hebben geschreven: we stellen vragen bij de schijnbare vanzelfsprekendheid van de huidige ontwikkelingen. Waarom is een kerkdienst zo belangrijk? Wat is een kernactiviteit van de kerkdienst? Ik vergelijk het weleens met een relatie. Als ik mijn vrouw alleen maar op video zou zien, zal de intimiteit verdwijnen. Voor een kerk geldt ook intimiteit voor de relatie. Enerzijds zie ik rouw om wat niet meer is in de kerken, anderzijds de vragen over hoe we kerk-zijn nu in gaan richten. ‘
In jullie boek staat: ‘het oude normaal is geen optie meer’.
‘Ik denk wel dat je er naar kan verlangen, je verlangt soms erg terug naar wat goed was en mooi. Als je in dat verlangen blijft hangen, ben je niet bezig met wat het gaat worden. We zitten nu acht maanden in deze coronatijd en we gaan er nog minimaal acht maanden inzitten, zoals het er nu uitziet. Ik zou mensen willen aansporen om verder vooruit te denken. Wat ga je doen met de gastkijkers die je online hebt bereikt? Gooi je alles weer dicht zodra de grote menigten weer bij elkaar kunnen komen? Het effect van online gaan is groot, dat hebben mensen onderschat.’
Hoe ervaar je deze tijd persoonlijk?
‘Ik vind onlinediensten vreselijk. Ik mis alle toevallige ontmoeting, even iemand spreken, even bijkletsen wat ik niet heb gepland. Bidden en zingen in de dienst is voor mij de taal van expressie. Ontmoeting is van groot belang, een preek is niet los verkrijgbaar. De kerk is nu veel meer in het klein. De plek waar liefde heerst, is de gemeenschap. Ons gevaar is dat we terugverlangen naar dat anderhalve uur. In het boek roepen we ertoe om de dienst niet zozeer centraal te stellen, maar de focus te verleggen naar gemeente-zijn.’
Hoe zit het met ons geestelijk voedsel?
‘De voeding die God mij geeft zit niet in de preek van de dominee, maar in het Woord van God. De kerkdienst is er een en de preek, maar er zijn meerdere wegen. Ik geloof in voeding, maar ik geloof dat preek niet alleen daar voor nodig is. Predik het evangelie aan mensen die God niet kennen. Het geloof is uit het horen van mensen die God niet kennen. Hoe zalig zijn de voeten van degene die het goede nieuws kennen in een wereld die het niet kent! Deze tijd is een kans om niet-gelovigen aan te spreken.’
TEKST HANNA KATER // BEELD BY JIS FOTOGRAFIE

