Schrijfsels

HET LEVEN OP LESBOS

Ik zag de radeloosheid in haar ogen. Ze wilde zo graag zelf iets aan haar tent verbeteren,  maar ik kon haar niets geven. Aan beiden kanten onbegrip en begrijpelijke boosheid. Ze vroeg om een zeildoek en extra touw. 

Terwijl we opstaan horen we de regen al hozen. De regenbuien op Lesbos zijn te vergelijken met een nazomerse onweersbui. Het waaide en het was koud. Vandaag voelen we een extra drive om te gaan helpen. Regen, kou en blubber? Het kon ons niets schelen. We komen al drijfnat aan in het kamp. Het is echt niet erg, wij kunnen straks een warme douche nemen.

Het is zaterdagmorgen. We krijgen de taak om alle mensen met vragen zo ver als kan te helpen bij het informatiepunt. De meeste mensen vandaag vragen naar een extra zeil of touw. Geulen zijn gegraven en tenten die in een kuil staan zijn geëvacueerd. Maar de wind maakt het vandaag zwaar. De tentzeilen scheuren, ze zijn gelijmd en dus vatbaarder voor wind. De touwen breken ook. Voor ons gevoel staan we te liegen en dat gaat ons zwaar aan het hart. We moeten liegen over de voorraad van de tentzeilen en touwen. We komen straks bij jullie tent kijken, en noteerden de nummers van de tenten. Mensen die op ons wachten, mensen die een zeil of touw verwachten. Maar duizend mensen helpen op een dag in een zware regenbui? Denk je dat al deze mensen echt hulp gekregen hebben? En daarbij: de zeilen en touwen waren op. Iets met een politieke kwestie. 

Een vrouw komt naar mij toe, in radeloosheid en paniek. Haar man heeft astma en ze heeft 2 kinderen. De regen giet naar binnen, vertelt ze in het Farsi. Ze is een Afghaanse vrouw. Een vertaler, iemand uit het kamp zelf, probeert mij zoveel mogelijk haar wanhoop door te geven. We kunnen de mensen hier geen spullen meegegeven, want als je dat doet heb je het hele kamp in een mum van tijd om je heen staan. Sommige mensen komen voor meerdere malen spullen halen en op die manier kan het niet eerlijk verdeeld worden. 

Ze kan zelf de tent repareren, wij hoeven niet langs te komen. Ik sta op een moeilijk punt; ik loop naar binnen om uit te leggen wat haar situatie is. Maar nee, ‘sorry’. Het woord sorry proberen we niet meer te zeggen, want het betekent niets meer voor deze mensen. Ze druipt verdrietig af in haar regenjas, wat bijna van haar afwaait. En half uurtje later staat ze er weer. Met dezelfde hulpkreet. Ze huilt, en eigenlijk kan ik ook wel schreeuwen, en ook eerlijk ‘waarom?’ vragen, naar de hemel die vandaag huilt.  Zout en regenwater vermengen zich. Ze vraagt waarom we er dan eigenlijk staan, als we niets kunnen doen? Ja, mooie vrouw, met je mooie groene felle ogen: ik vraag het mij vandaag ook af.  Boos en teleurgesteld loopt ze weg.  Ik weet niet wat er gebeurd is aan haar tent. Ze stond op de lijst met tenten die nagekeken moesten worden. Lijst. Want er kwamen honderd mensen per uur vragen of hun tent gecheckt kon worden. 

En wij konden na deze dag een warme douche nemen, de mensen hier hebben niet eens warm water… Wat een les weer vandaag! 

Na dit weekend van regen was het een bijzondere maandag, een blijde dag na een verdrietige. Een gebed werd verhoord, we wilden zo graag iets van God zien als hoop, als Zijn nabijheid, en dachten aan een regenboog. In de middag was deze meer dan duidelijk te zien. Twee hele felle regenbogen, de tweede weerspiegelde zelfs nog! Geen een, geen twee maar bijna drie regenbogen! Als God iets doet, doet hij het goed. Vandaag mochten we ook dingen doen die ons blij maakten: schoenen uitdelen aan de alleenstaande mannen in het kamp. Dankbaarheid en glimlachen overstegen deze dag.

Leef van de kleine dingen en je leeft dichtbij God. Het maakt je klein en doet je beseffen God overal voor nodig te hebben. Het hebben van weinig werpt je terug op God.  Geniet van de kleine dingen, die doen er echt toe. God is vooral een God van het kleine. 

Wat doe jij in deze 40 dagentijd? Ik neem een koude douche. Jij ook? Of gebruik je in deze tijd twee maaltijden per dag, om je te doen denken aan de mensen in Moria 2.0  die ook maar twee opwarmmaaltijden per dag krijgen?

In dit kamp maken mensen zich alleen zorgen om hun familie, eten en kleding. Hier maakt het niet uit of je in een kapot shirt loopt, of je vies bent. Wil je leren om niet meer materialistisch te zijn? Om echt even los te komen van de wereld die trekt naar zaken die voorbij gaan? Wil je echte gastvrijheid en liefde voelen? Wil je dankbaarheid en voldaanheid ervaren? Kom, welkom, als vrijwilliger in Moria 2.0! 

Maak ons hart onrustig, God,
dat het ontevreden klopt
als we mooie leugens horen
en gemakkelijke woorden!
Maak ons hart onrustig, God.

Stort in ons uw tranen uit.
Mensen worden uitgebuit,
weggeschopt en opgesloten.
Zegen hen als wij hen troosten.
Stort in ons uw tranen uit.

Steek in ons uw woede aan
om het onrecht te weerstaan!
Geef ons moed om op te treden.
Laat ons vechten voor de vrede.
Steek in ons uw woede aan.

Laat ons dwaas en koppig zijn.
Laat ons doorgaan tot het eind.
Gaat het onze kracht te boven,
laat ons dan in u geloven.
Laat ons dwaas en koppig zijn.

Want het is Uw koninkrijk
tot in eeuwigheid.

BEELD EN TEKST DANKZIJ HANNA VAN OOST

Laat een antwoord achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *