
HET GEBED REDT
Toen Florens van der Spek te gast was in een glanzende tv-studio, omringd door een groep mensen en camera’s had hij iets meegebracht. Zijn Bijbel lag voor hem op tafel, waaruit hij vol passie en liefde citeerde. Toen ik naar het gesprek keek, zag ik jaloersmakende geloofsijver.
God vraagt ijver van ons. Niet alleen in het verkondigen van Zijn Naam, maar ook in het bidden. Octavius Winslow noemt bidden ook wel ‘de ademtocht van het goddelijke leven in ons hart, dat tot God weerkeert.’ Geloofsijver gaat niet zonder de adem van het gebed. In Lukas 11 vers 9 zegt Jezus immers: ‘Bid, en u zal gegeven worden.’
Hoe bidden we nu zoals God het bedoeld heeft? In het boek Toevlucht in het lijden schrijft Winslow dat onze gebeden allereerst vragen om zelfonderzoek. Is ons gebed een zuchten naar God? Een verlangen naar Hem? Vol ootmoed, belijdenis van zonde en een nederig hart kunnen we Hem ontmoeten. Er is geen gesteldheid welke God meer verwerpt dan lauwheid. Scherpe woorden die mijn beide benen op de grond zetten. God vraagt om een gebed uit ons hart, geen dode woorden. John Owen schrijft: ‘De Heilige Geest bewijst ons een teerdere liefde dan het hart van een liefhebbende vader ooit voor zijn kind kan koesteren.’ Door te zien op Zijn liefdevolle zorg en trouw mogen we tot Hem naderen met een dankbaar hart, vol van liefde en ontzag.
Daarnaast noemt Winslow de kennis van onze behoeften. Denk je eens in wat je nodig hebt op een dag; voeding, bescherming, wijsheid, standvastigheid, kracht, vertrouwen, gezondheid.. Wanneer ik stilsta bij wat ik nodig heb op een dag, kan ik mijn lijst nog verder aanvullen. Zonder Hem kan ik geen stap zetten en toch lijk ik dat soms te vergeten. ‘Als we onze behoeften goed kennen en doorgronden, wordt ons gebed vurig en krijgt het een grote welsprekendheid.’ Het gebed is nodig, want we hebben de God tot wie we bidden elke dag nodig. Deze wetenschap geeft volharding in het gebed. Hoe beter we onszelf kennen, des te groter de klem om Hem te zoeken. Begin je dag eens met overdenken wat je nodig hebt. Jakob kende zijn eigen zwakte ook in Genesis 32. Hij bad tot God: ‘Ik zal U niet laten gaan, tenzij Gij mij zegent.’ Met een vrijmoedig hart bad hij met klem om de zegen van God.
Een vurig gebed kan belemmerd worden door zonden die nog niet zijn beleden. Daden of woorden die rond dwarrelen in je geweten en je bij Hem vandaan houden. Misschien herken je wel dat je niet weet wat je moet bidden. Pak de Bijbel er eens bij en begin bij de Psalmen. Schrijf na het lezen van een gedeelte eens een gebed op dat je meeneemt in je hart voor de dag die nog wacht. Hoeveel gebeden je ook uitschrijft, roept of fluistert, ze zullen nooit volmaakt zijn. We hebben de Heilige Geest nodig als Levensverwekker en Onderhouder van de gebeden. In het boek vond ik een citaat wat mij troost gaf: ‘Laat de gelovige beseffen dat hij niet weet wat hij moet bidden. Maar laat hij ook mogen weten dat de Geest Zelf dan voor hem tot God zal bidden en dat God de mening van de Geest kent, omdat Hij naar Gods wil voor de heiligen bidt. Als dit erkend en beleden wordt, pas dan wordt het gebed echt vurig, levendig, krachtig, heilig en machtig tegenover God.’ De ziel die op Hem vertrouwt, stelt hij nooit teleur. Je mag de God uit de opengeslagen Bijbel van Florens blijven zoeken, blijven aanroepen. Want wat je ook zult vragen in Zijn Naam, Hij zal het doen; opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt wordt. (Joh.14:13)
Meer informatie over het boek Toevlucht in het lijden kan je hier vinden.
TEKST HANNA KATER // BEELD JACOBIEN FOTOGRAFIE

